"Ik wil dat het atheïsme waar is en ik word ongemakkelijk van het feit, dat sommige van de meest intelligente en goed geïnformeerde mensen die ik ken, gelovigen zijn. Het is niet alleen dat ik niet in God geloof en, natuurlijk, hoop dat ik gelijk heb in mijn overtuiging. Het is dat ik hoop dat er geen God is! Ik wil niet dat er een God is; Ik wil niet dat het universum zo is. Mijn gok is dat dit kosmische autoriteitsprobleem geen zeldzame aandoening is, en dat het verantwoordelijk is voor een groot deel van het sciëntisme en het reductionisme van onze tijd. Een van de tendensen die het ondersteunt, is het belachelijk overmatig gebruik van evolutionaire biologie om alles over het menselijk leven, met inbegrip van alles over de menselijke geest, te verklaren"[35] |
“De filosoof die geen betekenis in de wereld vindt, is niet uitsluitend bezig met een probleem van pure metafysica. Hij spant zich ook in om te bewijzen dat er geen geldige reden is, waarom hij persoonlijk niet zou mogen doen wat hij wil, of waarom zijn vrienden, de politieke macht niet naar zich toe zouden mogen trekken en regeren op de manier die zij het meest voordelig vinden voor zichzelf. De vrijwillige, in tegenstelling tot de intellectuele redenen voor het vasthouden aan de doctrines van het materialisme, kan bijvoorbeeld overwegend van erotische aard zijn, zoals ze het geval waren bij La Mettrie, of overwegend politiek zoals ze het geval waren bij Karl Marx.”[34] |
“Onze bereidheid om wetenschappelijke uitspraken te aanvaarden die tegen het gezonde verstand ingaan, is de sleutel om te begrijpen hoe het echte gevecht tussen de wetenschap en het bovennatuurlijke gebeurt. Wij trekken de kant van de wetenschap niettegenstaande de ondubbelzinnige absurditeit van sommige van haar constructies, niettegenstaande haar falen om de vele buitengewone beloften van gezondheid en leven te vervullen, niettegenstaande de tolerantie van de wetenschappelijke gemeenschap voor on-gestaafde verhaaltjes, omdat we een a-priori verbintenis hebben, die ons verplicht tot het materialisme. Het is niet zo dat de methodes en instellingen van de wetenschap ons op enige wijze verplichten, om een materiele verklaring van de waarneembare wereld te accepteren, maar juist het tegendeel, dat we ons verpacht hebben aan onze a-priori voorkeur voor materiele oorzaken. Een voorkeur die er ons toe brengt om een manier van onderzoeken en een verzameling van concepten te scheppen, die materiele verklaringen voortbrengen, het maakt niet uit hoe sterk het tegen de intuïtie indruist, en hoe verwarrend het voor de niet ingewijden is. Het materialisme is namelijk onaantastbaar, we kunnen geen Goddelijke voet in de deur toelaten.”[33] |
“In het hart van het atheïsme bevindt zich een aantrekkelijk uitgangspunt: ‘Mijn wil geschiede, niet de jouwe.’ Als het atheïsme waar is, en er is geen God, dan gaat alles echt alleen maar over mij, en wat ik wil en wat ik kan krijgen. |