De overgrote meerderheid van de wetenschappers zien het Big Bang model als een accurate en betrouwbare beschrijving van het ontstaan van het universum. Na meer dan 80 jaren van onderzoek, begonnen bij de katholieke priester Georges Lemaître, hebben astrofysici grotendeels het feit aanvaard dat ons universum begon te bestaan op een bepaald punt in het verre verleden.
De tweede wet van de thermodynamica, de uitdijing van het heelal, de aanwezigheid van kosmische achtergrondstraling, en het probleem van een oneindige regressie dienen als voldoende bewijs ter ondersteuning van het Big Bang model. Daarnaast falen alternatieve modellen om het bewijsmateriaal te verklaren.
De tweede wet van de thermodynamica, de uitdijing van het heelal, de aanwezigheid van kosmische achtergrondstraling, en het probleem van een oneindige regressie dienen als voldoende bewijs ter ondersteuning van het Big Bang model. Daarnaast falen alternatieve modellen om het bewijsmateriaal te verklaren.
“Het Big Bang model is te goed gegrond in data vanuit elk domein om als dusdanig in zijn geheel weerlegd te worden”.[8] |
Het gekke is dat de Bijbel hier ook iets over verteld. We moeten natuurlijk erg opletten, en niet in de verleiding vallen om aan eisegese te doen, door moderne wetenschap in de teksten van de Bijbel hineinzuinterpretieren. Toch kunnen we eens kijken hoe men enkele duizenden jaren geleden over het universum dacht.
1. Het Universum heeft een eerste, on-veroorzaakte Oorzaak.
Astrofysici, ongeacht hun levensbeschouwing, zijn op zoek naar de eerste, on-veroorzaakte oorzaak van het universum. Alexander Vilenkin, bijvoorbeeld, beschrijft die on-veroorzaakte oorzaak als een oneindig oud primordiale vacuüm. Zelfs de atheïst Stephen Hawking, die het theïsme zeker geen warm hart toe draagt, geraakt in zijn boek ‘The Grand Design’ in theologische wateren verzeilt.
De journalist Tim Radford heeft dit lucide opgemerkt in zijn review van dat boek:
De journalist Tim Radford heeft dit lucide opgemerkt in zijn review van dat boek:
"In deze zeer korte geschiedenis van de moderne kosmologische natuurkunde, vertegenwoordigen de wetten van de kwantum-en relativistische fysica, zaken waarover men zich verwondert, maar toch algemeen aanvaard zijn: net als de Bijbelse wonderen. M-theorie beroept zich op iets anders: een primaire beweger, een verwekker, een creatieve kracht die overal en nergens is. Deze kracht kan niet geïdentificeerd worden door instrumenten of onderzocht door begrijpbare wiskundige voorspelling, en toch bevat het alle mogelijkheden. Het belichaamt alomtegenwoordigheid, alwetendheid en almacht, en het is een groot mysterie. Herinnert dit u aan Iemand?"[7] |
Paulus, in zijn brief aan de Kolossenzen, beschrijft ook een on-veroorzaakte, eerste oorzaak van het universum:
"Want in Hem is alles geschapen, in de hemel en op de aarde, het zichtbare en het onzichtbare, tronen en hoogheden, heerschappijen en machten. |
2. Het universum is geschapen uit het niets.
Het Big Bang model beschrijft een universum dat uit het niets ontstond, een creatio ex nihilo. Alle ruimte, tijd en materie begon te bestaan bij haar ontstaan. De Bijbel lijkt deze notie te bevestigen. Het Hebreeuwse woord 'bara' wordt zeven keer gebruikt door verschillende auteurs om Gods schepping van het universum te beschrijven. Het wordt meestal vertaald als 'scheppen' en het wil zeggen ‘iets nieuws in bestaan brengen, iets dat voorheen nog niet bestond tot stand te brengen.’ In tegenstelling tot de meeste andere oude scheppingsverhalen en het Mormonisme, schept de God van de Bijbel alles in het universum uit het niets.
"In het begin schiep God de hemel en de aarde." |
3. Het heelal dijt uit.
Astrofysici, sinds Edwin Hubble nemen de uitdijing van het heelal waar, het zou wel eens kunnen zijn dat Bijbelauteurs hetzelfde fenomeen beschreven. Vijf verschillende auteurs (in elf verschillende verzen) maken gebruik van een eigenaardige uitdrukking om Gods schepping van het universum te beschrijven, namelijk het uitsrekken of uitspannen van de hemel:
"Ik heb de aarde gemaakt, |
4. Het Universum is onderworpen aan entropie.
Het lijkt er nogal sterk op dat de oude Bijbel-auteurs de impact van de entropie op het heelal beschreven. Dit is vooral indrukwekkend gezien het feit dat ze geen enkel observationeel bewijs voor een dergelijke bewering hadden. Ze observeerden namelijk geen verandering in de nachtelijke hemel om zo’n bewering te kunnen rechtvaardigen. Desondanks, beschreven ze een vergrijzend universum:
"In de voortijd hebt U de aarde gegrondvest, |
Een volledige beargumentering van de 'schepping uit niets' kunt u in het volgende boek vinden: Creation out of Nothing: A Biblical, Philosophical, and Scientific Exploration